34. Mobilisatie

Hoewel Nederland neutraal was tijdens de 1e Wereldoorlog, bewaken -onder de term ‘mobilisatie’- in totaal 203.000 soldaten onze grenzen en vluchtelingenkampen, waaronder 50.000 in West-Brabant. Ze leggen de infanteriestelling ‘Brabantse Wal’ aan en De Stelling van het Hollandsch Diep en Volkerak bij Willemstad. Er was echter vier jaar lang geen militaire actie in Nederland…
VorigeVolgende

Wat betekent het woord ‘mobilisatie’ en waarom er in 1914 een mobilisatie in Nederland? Het woord betekent ‘het mobiel maken van een leger’. Wat was de aanleiding van deze mobilisatie in Nederland?

Op 28 juni 1914 schoot Gravilo Princip, een Bosnische student, in Serajewo (hoofdstad van de Oostenrijks- Hongaarse provincie Bosnië) aartshertog Frans Ferdinand en zijn echtgenote Sophie, hertogin Von Hohenberg, tijdens een rijtoer in de stad dood. Frans Ferdinand was de vermoedelijke troonopvolger van het Oostenrijks-Hongaarse keizerrijk (1).

De ‘grote oorlog’ breekt uit

Oostenrijk-Hongarije verdacht Servië van deze aanslag en stelde een ultimatum. Servië ging hier niet volledig mee akkoord en de oorlog tussen deze landen begon op 28 juli 1914. Rusland steunde Servië, Duitsland hielp Oostenrijk-Hongarije. Frankrijk en Engeland hadden een bondgenootschap met Rusland en kozen dus ook partij. Duitsland verklaarde vervolgens de oorlog aan Frankrijk en wenste doorgang door het neutrale België. België accepteerde deze doorgang niet en Duitsland viel, zonder oorlogsverklaring, België op 4 augustus 1914 binnen, onder leiding van generaal Von Kluck.

Er werd hard gevochten: Leuven werd plat gebrand en op Antwerpen vielen op 6 oktober 1914 meer dan 4.000 granaten en 140 Zeppelinbommen.

Nederland wilde neutraal blijven en mobiliseerde op 31 juli 1914 de strijdkrachten. In totaal hebben tijdens de mobilisatie 203.000 soldaten onze grenzen en vluchtelingenkampen bewaakt. Daarnaast moesten zij de openbare orde handhaven, wat vanaf 1916 door gebrek aan voedsel veel werk gaf. Voorts brachten de militairen wegversperringen aan. In Noord-Brabant waren circa 50.000 soldaten ingekwartierd bij onder andere de burgerij, die hiervoor een vergoeding ontving. Vier jaar lang was er echter geen enkele militaire actie in Nederland, de soldaten verveelden zich met alle gevolgen van dien (2).

Vluchtelingen

De grote stroom van meer dan 1 miljoen Belgische vluchtelingen naar het neutrale Nederland was tussen 7 en 10 oktober 1914. Noord-Brabant en Limburg werden overspoeld door vluchtelingen, die in erbarmelijke omstandigheden alles moesten achterlaten. Verhalen meldden dat er in Bergen op Zoom 40.000 en in Roosendaal 10.000 vluchtelingen waren in oktober 1914 (3).

Terug naar België

Na een paar weken zijn 250.000 vluchtelingen naar België teruggekeerd. In november 1914 waren er nog 323.600 vluchtelingen in ons land en uiteindelijk bleven er, na de sluiting van de grens in mei 1915, nog ongeveer 105.000 Belgische vluchtelingen in Nederland over. Van hen verbleven er circa 20.000 in Nederlandse kampen.

De grens tussen België en Nederland was letterlijk van ijzer, een stalen gordijn waar 2000 volt op stond. Honderden mensen verloren het leven door het negeren van dit ‘ijzeren gordijn’.

Speciale vluchtelingenkampen

In speciale kampen in Nederland verbleven 33.000 Belgische militairen. Ook zaten er Franse en Engelse militairen in deze kampen. Zij waren na de capitulatie van Antwerpen naar Nederland gevlucht of waren bij vliegtuigongelukken neergestort. Ook kwamen er Duitse deserteurs naar Nederland tijdens de oorlog. Voor al deze verschillende nationaliteiten zijn kampen gebouwd omdat Nederland haar neutraliteit wenste te bewaren.

Distributiebonnen

Begin 1916 begon Duitsland een duikbootoorlog in de Noordzee. Door deze oorlog en de Engelse blokkadepolitiek, die ten doel had doorvoer van goederen naar Duitsland te voorkomen, was de aanvoer van graan en andere noodzakelijke goederen naar Nederland onzeker. Er kwam een levensmiddelenwet en voedsel was vanaf augustus 1916 op de bon (4).

West-Brabant

In 1915 werd begonnen met de aanleg van een infanteriestelling, de zogeheten Brabantse Wal, die van Bergen op Zoom via Halsteren naar Willemstad liep. Hieraan bouwden de soldaten van de IIIe en IVe divisie van het Nederlandse veldleger. In die periode verbleven ze in Willemstad (5).

Ook zijn voorbereidingen getroffen om grote stukken van West-Brabant en Goeree Overflakkee te inunderen (onder water te zetten).

Een andere stelling in het zuidwesten was De Stelling van het Hollandsch Diep en Volkerak met Willemstad als centrale vestingstad. Deze stelling bestond uit forten: Willemstad, fort De Hel, Buitensluis bij Numansdorp, fort Bovensluis, fort De Ruijter (Sabina Henrica) en het fort Prins Frederik te Ooltgensplaat. De organieke sterkte van deze Stelling bedroeg op papier ruim 5.200 man vestingartillerie, infanterie, genie en ondersteunende diensten. Deze sterkte is waarschijnlijk nooit gehaald, maar overvol waren de vestingen en de forten wel.

Op 25 mei 1916 bezocht koningin Wilhelmina de strategische Stelling. De Stelling had een tweeledig doel. Enerzijds sloot zij het Hollandsch Diep af en daarmee de toegang tot de Vesting Holland vanuit het zuidwesten. Anderzijds diende zij als opnamestelling voor het veldleger in het geval dat het zich moest terug trekken binnen de Vesting Holland.

In dijken en wallen rondom de forten en Willemstad zijn toen dunwandige betonnen infanterieschuilplaatsen aangelegd. Mogelijk houdt de oprichting van het Rode Kruis, afdeling Fijnaart en Heijningen op 31 maart 1916 verband met deze activiteiten.

Algemeen

Meer dan 65 miljoen militairen uit 32 landen raakten bij de Eerste Wereldoorlog betrokken op allerlei fronten in de hele wereld. In totaal zijn meer dan 8,5 miljoen soldaten tijdens deze oorlog gesneuveld. Vooral de strijd in de 750 kilometer lange loopgraven op de slagvelden aan bijvoorbeeld de IJzer en de Somme heeft veel slachtoffers geëist, onder andere door het gebruik van gif- en mosterdgas. Gifgas is door de Duitsers in 1915 voor het eerst gebruikt tegen de Canadezen in Ieper.

Naast de 8,5 miljoen gesneuvelde soldaten zijn er in Europa naar schatting 30 miljoen burgers omgekomen door honger en ziekten, zoals de Spaanse griep. Op 11 november 1918 is aan het westelijk oorlogsfront een wapenstilstandsverdrag afgesloten. Pas op 28 juni 1919, precies vijf jaar na de moordaanslag in Serajewo, wordt in Versailles het vredesverdrag ondertekend (6 en 7).

Bronnen:
– www.histotheek.nl

– members.home.nl/kees de brouwer
– ‘Nieuw licht op belangrijke rol West Brabant tijdens Eerste Wereldoorlog’ –Willem Jan Joachems
– ‘Vluchtelingen in Nederland’ – W.H. van Terwinga
– WWI Chronology – ‘Chronology of the First World War’
– http:/schrijfspecialist.wordpres.com/leven-in-nederland-tijdens-de-mobilisatie-van-1914
– ‘Mobilisatie, vluchtelingen en demobilisatie vòòr, tijdens en ná de Eerste Wereldoorlog 1914-1918’, Th.C.M. Noordermeer
– Eerste Wereldoorlog, KMA, Wim Klink

Bronnen illustraties:
– 1. en 4. Wikipedia
– 
2. Heemkundekring ‘Die overdraghe’ Klundert
– 3. Uit: Dagboek Jac. van der Veken

– 5. Regionaal Archief West-Brabant
– 6. en 7. Bea Hoeks- de Laat

1. Hertogin Sophie von Hohenberg en Aartshertog Franz.
2. Militairen ingekwartierd in Klundert 1914.
3. Belgische vluchtelingen in Brabant.
4. Voedselbonnen.
5. Fort de Hel tijdens mobilisatie.
6. Mobilisatiemonument in Willemstad uit 1918.
7. Monument 1914 - 1918 bij het Mauritshuis in Willemstad.
VorigeVolgende
linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram