Tot circa 1840 werd het regionale verkeer voornamelijk onderhouden met paardentractie. In het begin van de negentiende eeuw brak het stoomtijdperk aan. Stoomwerktuigen vonden hun weg naar o.a. de textielindustrie waarna in 1820 de eerste stoomboten (raderboten) op de Nederlandse rivieren verschenen. En op 3 mei 1855 reed de eerste stoomtrein van Roosendaal via Oudenbosch en Zevenbergen naar Moerdijk.
Post- en diligenceroute
Al in een grijs verleden liep er een weg over de Lamgatsdijk (een dijk langs de Roode Vaart ten westen van Zevenbergen, die in de rivier de Mark uitmondt), over het Lamgatsveer naar Hoeven. Daar splitste deze weg zich in twee takken waarvan de een via Etten en de Klappenberg in Zundert uitkwam en later verder ging naar Turnhout terwijl de andere tak over St. Willebrord, Sprundel, Schijf, naar Antwerpen voerde.
Vanaf 1614 reden voerlieden van Zevenbergen naar Antwerpen. Na de Vrede van Munster (1648) begon postmeester Hendrik Jacobszoon van der Heijde uit Zevenbergen een postiljondienst. De Lamgatsdijk (nu Generaal Allenweg) werd de grote post- en diligenceroute Antwerpen- Zevenbergen. Na de inpoldering van de Royale Polder in 1650 ontstond het gehucht Moerdijk alwaar in 1656 een veer- en posthuis kwam waardoor de post- en diligenceroute werd verlengd tot Moerdijk. Van hier werden personen, post en goederen overgezet naar Strijensas en Dordrecht. Dit bewijst het belang van Moerdijk in de Noord- Zuid verbinding (1).
Zowel in Antwerpen als in Zevenbergen was door de magistraat van beide plaatsen een toeziender of deken aangesteld, die het vervoer regelde. In Zevenbergen woonde deze toeziender in herberg “’t Hert” aan de Zuidhaven (nu nr. 73, de huidige bestemming is restaurant). Voor deze herberg stonden de postwagens en diligences met hun wagenvoerder langs de havenrollaag geparkeerd in afwachting van een te maken rit of reis welke volgens een bepaalde dienstregeling verliep. In 1664 waren er tien wagenvoerders, die de route volgden: vanaf Moerdijk naar ’t Hert in Zevenbergen en vandaar naar het Lamgatsveer en door de Hoevense Beemden naar Antwerpen. Tot 1 mei 1855 is deze post- en diligenceroute in stand gebleven.
Tijdens de Tachtigjarige Oorlog trokken ook soldaten van vriend en vijand al plunderend over de route Zevenbergen- Turnhout; nu eens waren het troepen van de Prins van Oranje, dan weer van de Spaanse vorst Philips II. Amalia van Solms, weduwe van de roemrijke Frederik Hendrik, kwam vanuit Turnhout en maakte met twee ponten de overtocht over De Mark (Lamgatsveer) waarna aan de overkant talrijke inwoners van stad en lande van Zevenbergen haar stonden op te wachten. Daags hierna vertrok Amalia met haar gezelschap per boot vanuit de Zevenbergse haven, door de Roode Vaart om bij Moerdijk per veerboot het Hollandsch Diep over te steken naar Strijensas (2).
Treinverkeer Antwerpen-Moerdijk
Op 3 mei 2012 was het 157 jaar geleden, dat de eerste trein reed op het geheel gerealiseerde traject Antwerpen- Moerdijk. In 1852 sloten Nederland en België een verdrag tot verwezenlijking van een ijzeren spoorweg tussen Antwerpen en Rotterdam en ruim twee jaar later was de aanleg van deze spoorlijn reeds gevorderd tot Oudenbosch. Vandaar moesten de reizigers voorlopig nog per diligence naar Moerdijk. Intussen was men ook met de aanleg van een spoorbrug over de Mark en de bouw van een stationsgebouw in Zevenbergen begonnen. Vermeldenswaard is dat de stations in Oudenbosch en Zevenbergen in dezelfde stijl zijn gebouwd en tot de oudste stationsgebouwen van Nederland behoren (3).
Het treinverkeer op deze, toen nog enkelbaans, spoorlijn was uiteraard de eerste tijd nog niet intensief. In 1863 reden er drie treinen Antwerpen-Moerdijk en drie in omgekeerde richting; zo’n reis duurde toen drie uur en een kwartier. Eenmaal in Moerdijk aangekomen, scheepte men in op de stoomboot naar Rotterdam (varend onder Belgische vlag) wat nog tweeënhalf uur duurde.
Treinverkeer Breda-Moerdijk
De spoorlijn Breda-Moerdijk werd in gebruik genomen in 1863. Toen in 1872 de spoorbrug over het Hollandsch Diep werd geopend kwam daarmee een rechtstreekse treinverbinding met Rotterdam tot stand en werd het tracé van de spoorlijn Zevenbergen aangepast. De zogenaamde “Belze lijn” door de Nassaupolder kwam te vervallen en werd in 1880 opgebroken. De nieuwe spoorbrug gold als een wonder van technisch vernuft en was jarenlang de langste spoorbrug van West-Europa.
In de afgelopen anderhalve eeuw, en zeer zeker tot de sluiting van de suikerfabriek in 1987, heeft Zevenbergen in sterke mate geprofiteerd van het goederenvervoer per spoor.
Openbaar vervoer in de regio
Aansluitend op het spoorwegennet ontwikkelde zich een net van stoomtramwegen. Nadat een plan voor aanleg van een lijn Breda-Zevenbergen-Klundert-Willemstad was verworpen, werd in 1890 een dagelijkse paardentramdienst Zevenbergen-Klundert geopend, welke later werd vervangen door een autobus.
Weer later werden er busondernemingen in Willemstad en Zevenbergen opgericht waardoor de verplaatsingsmogelijkheden voor de bewoners van de Westhoek steeds groter werden.
In 1934 werd de BBA (Brabantse Buurtspoorwegen en Autobusdiensten) opgericht die de reeds bestaande tramweg- en autobusondernemingen overnam (4).
Bronnen:
– “Oud Nieuws” periodiek van Heemkundekring ‘Willem van Strijen’
– Pater Isfrides de Grootte ,‘Personen en Feiten’
Bronnen illustraties:
– Bovenin, 1. en 4. Regionaal Archief West-Brabant
– 2. Stichting Heemkunde Moerdijk
– 3. Heemkundekring ‘Willem van Strijen’ Zevenbergen
– 5. Bea Hoeks- de Laat